Hiep hiep Joekie is jarig - Reisverslag uit Parijs, Frankrijk van Wil Kersemakers - WaarBenJij.nu Hiep hiep Joekie is jarig - Reisverslag uit Parijs, Frankrijk van Wil Kersemakers - WaarBenJij.nu

Hiep hiep Joekie is jarig

Door: wilopweg

Blijf op de hoogte en volg Wil

30 Mei 2011 | Frankrijk, Parijs

Dag 19, 20 en 21: vrijdag 27, zaterdag 28 en zondag 29 mei 2011;
Anse- Condrieu- Charmes sur Rhone- Saint Paul trois Chateaux:

Huishoudelijke mededelingen/ managementsamenvatting:
1. Allereerst kan ik jullie niet vertellen hoe goed alle reacties op dit log, maar ook de persoonlijke mailtjes en sms-jes voelen. Bij deze.

2. Vrijdag 27 mei heb ik 90,5 kilometer in 5 uur en 50 minuten gereden. De teller staat na vandaag op 1.263 kilometer. Dat is niet heel veel of vrij langzaam zo je wil. Het was namelijk klimmen geblazen vandaag. Met mijn eerste col van 624 meter. De teller staat na vandaag op 1263 kilometer. Daarmee loop ik ruim 170 kilometer achter op de planning. Of beter gezegd conform planning was ik op een kleine dagtrip van de Mont Ventoux geweest. Nu ligt de voet van de Ventoux in Sault dik 250 kilometer verderop.

3. Zaterdag 28 mei heb ik 111 kilometer gereden in 5 uur 50 minuten. De teller staat na vandaag op 1.374 kilometer. Ik ben dus redelijk opgeschoten richting het zuiden. Voor de Route du Soleil-gebruikers. Ik zit tussen Valence en Montelimar. Het was aangenaam warm en ik had op het vlakke pad langs de Rhone de wind schuin van achteren. Wel wat kilometers omgereden omdat de omleidingen erg onduidelijk zijn aangegeven.

4. Zondag 29 mei was goed voor 70,5 kilometer in 3 uur 40 minuten. Het hoogste daggemiddelde tot dusver. Vandaag de wind vol van achteren en kilometers gemaakt in een lange rechte weg. De teller staat na vandaag op 1.444,5 kilometer en morgen zal ik de Ventoux zien. Volgens plaatselijke ingewijden zit er nog slechts één rijtje heuvels tussen hier en de Mont Ventoux. En hier kunnen ze het weten, want hier in Saint Paul Trois Chateaux start in juli een touretappe.

Vrijdag 27 mei 2011:
Voor ik echt op pad ging nog wat boodschappen in Anse gedaan. De bedoeling is dat ik vanaf hier de D30 pak richting zuiden. Ik zal daarmee door veel dorpjes komen en dat is goed voor de afwisseling. Wat belangrijker is dat ik bij bestudering van de kaart denk dat ik de col van gisteren toch niet nog eens op hoef. Na een kilometer of 20 zal ik weer aansluiten op de route van het boekje. Hierna nog 1 dag en dan kan het boekje in de prullenbak. Dan scheiden onze wegen.

Hoewel de D30 een drukkere weg is, is hij goed te fietsen. Zoals gezegd hier en daar een dorpje met een ‘bar- tabac’ voor een soepkom koffie en een broodje. De streek is in de ochtenduren aardig om doorheen te fietsen, zij het dat er een frisse wind staat, schuin van voren. Vandaag blijft de jas aan en fiets ik mij warm. Het gaat met een aardig gangetje, afgewisseld met wat klimwerk.

In een dorpje onderweg doe ik een bijzondere ontdekking, onder te brengen in het hoofdstukje curiosa. Daarvoor moet ik eerst een uitstapje maken. Bij de Pompeklinieken in Nijmegen worden bij wijze van dagbesteding kopjes, borden en tegels kapot gegooid om daar vervolgens vogelhuisjes en dergelijke van te maken. Een collega uit Ubbergen kan aan deze vogelhuisjes komen en deze hangen bij menig Ubbergs ambtenaar (waaronder ondergetekende) in de tuin. De ontdekking die ik nu deed was dat men in dit Franse land kennelijk een soortgelijke instelling heeft. Hier is een complete kerk gemozaïekt van kapotgegooid serviesgoed (zie foto’s). Bijzonder. Ik weet niet of die betreffende collega dit weblog leest, anders moeten anderen haar maar op de foto’s wijzen.

Via Mornant fiets ik de D30 verder af naar Rive de Gier. Wederom een grotere, drukke stad. Ook hier weer een goede adviesroute uit het boekje er om heen. Ik wilde echter wat drinken kopen dus ik reed naar het centrum. Groot dus, kraak nog smaak, druk, grauw. Kortom na Villefranche en Anse krijgt wat mij betreft ook Rive de Gier een negatief reisadvies. Het enige bijzondere is dat na Rive de Gier om half vier mijn eerste heuse col begint. Een col door het Parc du Pilat. Na het eerste gemakkelijke deel van 9 kilometer ligt Sainte Croix en Jeraz en daarna volgen 5 echt zware klimkilometers.

De eerste negen kan ik inderdaad redelijk eenvoudig aan met een gangetje van zo’n 12, soms 13 in het uur. In Sainte Croix begon het zwaar te worden. Werken is het, een forcing (woord van Mart Smeets en dus weet niemand hoe of je dat schrijft) is nodig. Het gangetje kwam niet meer verder dan 8 of 9 kilometer en zakte hier en daar naar 7 en zelfs 6 kilometer per uur. Halverwege zag deze bepakte Bahomentes langs de kant van de heel smalle weg een paar knoeperds van kersenbomen. Van die heel mooie zwarte Duitsers dit keer. Ze hingen over de weg dus ik vond dat ik de Code Napoleon maar weer eens van stal moest halen en me te goed doen. Een kwartier lang zwarte kersen staan eten en een zakje voor later geplukt. Ik mag toch hopen dat die Mont Ventoux niet zo kaal is dat er geen kersen langs de kant staan.

Daarna nog een half uurtje zwoegen. In de buurtschappen onderweg stonden of zaten regelmatig wat boertjes die het prachtig vonden en welgemeend ‘alors, bon courage’ riepen. Deze en gene vroeg of ik op weg was naar Saint Jacques (voor de niet ingewijden ze bedoelen daarmee Jacobus die te vinden is in Santiago de Compostella). Als ik dan ja riep leek men de onderneming van die zotte fietser nog welwillender te bejegenen. Hier en daar hoorde ik ‘bon courage et mon respect a vous et a Saint Jacques’. Dit laatste vind ik niet geheel op zijn plaats, en zelfs wat onrechtvaardig. Het is immers deze Mohammed die de berg opfietst en niet Saint Jacques. Heb hem vandaag niet gezien ook trouwens.

De laatste drie kilometer zijn er geen buurtschappen meer en is het gewoon doorstoempen, ploeteren. Maar zolang je dat in je eigen ritme kunt doen maakt het niet uit. Je komt een keer boven. Uiteindelijk zie je de col (kraag) tussen de twee bergen letterlijk voor je. Met name die kilometers zijn de inspanning waard. Het uitzicht achterom en opzij is spectaculair. De wetenschap dat je het gaat redden overweldigend. Als je dan de top bereikt en ook aan de andere kant het landschap zich ontvouwt ben je even een kwartier sprakeloos. In dit geval vooral ook omdat ik kapot en gebroken ben. Bovenaan zat een oud mannetje op een bank, waarvan ik mag aannemen dat hij een keer gebracht is.. Hij maakt me duidelijk dat deze berg in de tour van ’87 was opgenomen als een col van tweede categorie. En dat bedwing ik met 25 kilo bagage. Ik ben klaar voor de Ventoux.

De laatste 20 kilometer gingen vanzelf. Gewoon stuur naar voren en vallen maar en zo weinig mogelijk remmen. Dat heeft Dick van de Thun uit Beuningen me geleerd. Slijten de remblokjes minder van is zijn stelling. Binnen 30 minuten ben ik in Condrieu. Onderweg mijn eerste blik op de Rhone. Overweldigend mooi. Condrieu gun ik echter geen blik meer. Ik ben kapot. Ik zoek de camping naast de Rhone, zet mijn tent op, douche, kook mijn potje, check mijn mail en ga (na dit verhaal gemaakt te hebben) gebroken slapen.

Zaterdag 28 mei 2011:
Vanochtend op de camping maar eens begonnen met een sms aan mijn zus. Die is jarig. Vervolgens zoals gebruikelijk eerst wat boodschappen voor de dag en toen op aanraden van de campingmevrouw de ‘voie verte’ langs de Rhone opgezocht. Die is op zich prima, zeker de eerste 30 kilometer en zeker ook andere koek als gisteren. Wind in de rug en glad asfalt. Gezegd moet echter worden dat het een ongelooflijk saai stuk is. Een beetje fietspad van bij ons is boeiender. Althans tot aan Tournon. Dat is een alleraardigst stadje, met een oud kasteel en een bijna net zo oude kerk. Het deed me qua touristiek sterk denken aan Valkenburg aan de Geulle. Daarna slaat de saaiheid weer toe.

De afwisseling die wel geboden wordt is van een ergerlijke soort. Na Tournon wordt het fietspad onderbroken door omleidingen. Van die echte Franse wel te verstaan. Het bordje ‘deviation’ (betekent ‘begin omleiding’) staat er dan, maar het staat je vrij om zelf het vervolg te kiezen. Ik heb geleerd dan maar de meest naastgelegen Route National te kiezen totdat er weer een bordje met ‘voie verte’ in zicht komt, of een grotere stad, want daar wordt altijd verwezen naar het dichtstbijzijnde fietspad. En zo niet dan is er wel een ‘Office du Tourisme’ en de daar werkende functionarissen zijn de enige Fransen aan wie de exacte locatie van het begin van de ‘voie verte’ verklapt is.

Zo’n ‘deviation’ is me vandaag 4 keer overkomen en telkens weer fiets je 2/3 kilometer onnodig om. Over grote delen van het traject betreft het volstrekt nieuwe stukken fietspad. Zo nieuw dat ze letterlijk morgen pas geopend zullen worden. Er komt zelfs een minister voor deze kant op. Dit leidde wat mij betreft tot een onaanvaardbare wegafsluiting. De minister zal morgen tussen Tournon en Valence de brug over de Isere op komen leveren. Het betreft een heel mooi stukje fietsbrug over de Isere, daar waar deze met de Rhone samenvloeit. Niets op aan te merken, zag er perfect uit, je zou er zo overheen willen zoeven. Ware het niet dat er aan weerszijden manshoge hekken waren voorgezet (niet te verschuiven ook). Kennelijk wilde de minister niet dat er vandaag al iemand over die brug zou gaan als hij die morgen pas komt openen. Kortom bleek ik alsnog een dag te vroeg. En dat is maar goed voor de minister ook. Ik moest nu in ieder geval twee kilometer terug (je kunt niet zomaar overal van zo’n ‘voie verte’ af) en vandaar mijn weg over een andere brug zoeken. Dat werd uiteindelijk de 4- baans Route National nog eens 5 kilometer verderop. Gelijk aansluitend volgde het oude pad voor mountainbikes over 7 kilometer. Mijn tere Schwalbebanden vonden dat niet fijn. Maar er zat niets anders op.

Het was inmiddels half zes en ik moest nog zo’n 35 kilometer om bij de camping uit te komen die ik gepland had. Ik vond dit dus niet zo amusant. Uiteindelijk lukte het me toch om Valence te bereiken. Ik had me echter voorgenomen om na Valence nog 20 kilometer verder naar een camping te rijden. Als het had meegezeten geen onoverkomelijk probleem. Het lukte me echter nauwelijks om Valence te passeren. Gelukkig was er een camping aan de zuidkant van de stad. Het was inmiddels 18.15 uur en ik besloot dan misschien toch maar in Valence te blijven. Het betrof echter een groot mistroostig terrein, vol achterstallig onderhoud en nauwelijks andere kampeerders, behalve van de wat onguurdere soort, bij een stel vervallen caravans.

Van arren moede en vol bravour maar weer op mijn fiets gestapt. Toch maar naar Loriol sur Drome. Ook nu zat het echter niet mee. De ‘voie verte’ leidde via een omleiding en over een lange, koude winderige brug naar de andere Rhone-oever, de Ardeche in. En zoals gezegd als je eenmaal op zo’n ‘voie verte’ zit ben je er nog niet zomaar vanaf. Inmiddels was het zeven uur en ik besloot de strijd te staken. Het plaatsje Charmes sur Rhone beloofde me drie hotels. Het eerste lag even voor het dorp op een klein heuveltje. Eénpersoonskamer 165 euro. Zo wanhopig voelde ik me niet. Het tweede hotel betrof een ‘bar- tabac’ met kamers. Daar zaten de neven en broers van de types op de camping in Valence. Ik ging voor driemaal is scheepsrecht. Daarvan klopte de prijs, de uitstraling en ambiance, maar helaas werd er een bruiloft gehouden en waren alle kamers volgeboekt. De ‘patron’ was echter wel nog zo vriendelijk me te verwijzen naar de camping municipal.

Die ligt wat achteraf maar gelukkig is de Madam van de camping de beroerdste niet. Eigenlijk was het nog te vroeg in het seizoen voor het restaurant, maar ze had nog een warme hap (paëlla) over van gisteren die ze voor me opwarmt en opleukt (stel plastic scampies naast de kipfilet en mosselen erbij). De Paëlla was door madam zelf gemaakt en smaakt prima. Na was er een cornetto en twee capucino. Slapen doe ik toch wel.

Morgen is Joekie jarig en ik zal het missen dat ik er niet bij ben. Op deze avond denk ik alleen in mijn tent wat een onzalig plan deze onderneming eigenlijk is. Maar ja ik ben nu al bijna 3 weken op weg. En ik kan toch niet meer op tijd terug zijn. Het doet in dit geval wel heel erg goed haar stem te horen als ik haar ’s avonds (comme tous jours) tussen 11.00 en 11.15 uur bel. De gedachte aan de Ventoux doet de rest.

Zondag 29 mei:
Ik sta na 4 Spartaanse nachten op een camping op met een stijve rug. Ik heb wel goed en onschuldig geslapen, maar het fietsen en voor een tent hangen én er in slapen beginnen hun lichamelijke uitwerking te krijgen. Zeker als ik bedenk dat Joekie vandaag jarig is besluit ik op afstand mee te vieren. Vanavond neem ik geen risico en zoek ik bijtijds een hotel of ‘chambre d’hote’ op.

Als ik op de fiets stap voel ik dat het vandaag goed gaat komen. Ik voel de wind in de rug en zit over het algemeen met een vaartje van 25 of 26 kilometer losjes te pedalen. Vandaag kom ik door het Rhonedal op zijn smalst. Dat is tussen de monding van de Drome en de Ardeche. Met name Montelimar is hier bekend en daar koers ik snel op af. Hier persen zich de ‘Peage de Roussillon’, de ‘Route national 7’, een aantal lokale weggetjes en drie spoorlijnen waaronder de TGV, zich door een dal van zo’n 15 kilometer. Daarbij proberen zij de dorpjes die er langer liggen te vermijden. Dat is niet overal gelukt.

Daar ik gisteren op een ‘camping municipal’ stond en dus wifi-loos was en ik na zo’n 15 kilometer een McDonalds zag, nam ik de gelegenheid te baat. Even gauw inloggen en Joekie een mailtje sturen. Een kop koffie en een salade erbij. Natuurlijk ook even de overige mailtjes gecheckt en de reacties op het log gelezen. Die zijn altijd weer een opsteker.

Hoewel het vandaag dus voor de wind gaat, valt er weinig te melden. Behalve dat ik weer zo’n opschrift op een bruin bord langs de ‘Route du Soleil’ van kortbij mocht zien. Dit keer ’le Garde Aldemar’. Welke Frankrijkganger heeft het bord niet gezien. Ik dacht dat ik inmiddels uit de streek met neoclunistische kerken was, maar dat bleek dus niet zo. De garde Aldemar is er weer zo eentje (zie foto). Ook wist ik dat ik uit de Beaujolaisstreek was en nochtans had ik een aantal primeurs vandaag. Mijn eerste bloeiende lavendelveld (vergeten een foto te maken) en een eerste cipres tussen de huizen van Saint Paul Trois Chateaux.

Verder is aardig om te vermelden dat Montelimar een heus centrum heeft, naast een park, met wat terrasjes en een groot museum. En wij toeristen maar denken dat Montelimar alleen een heel grote ‘supermarché’ heeft met een Decathlon en een Intersport en nog zo wat van die gigawinkels. Dat winkelcentrum zullen veel Frankrijkgangers kennen van die wat druilerige dagen op een camping in de Ardeche of aan de Drome of de Garde. Als men de dreinende kinderen in de tent of caravan zat is, rijd men dan naar de superwinkels in Montelimar. Als ik de stad uitfiets rij ik langs dezelfde winkel waar we enkele jaren geleden met Juul, haar vriendin Iris en haar familie een aantal uren zoek brachten in één van die giganten op zoek naar een spelletje van Pokemon voor de gameboy. Later bleek dat minder leuk omdat het in het Frans was.

Na Montelimar gaat het richting Donzere en Bolene, wie kent het niet van de ‘Ferme aux Crocodilles’ daar (ook zoiets voor één van die druilerige dagen). Ondertussen heb ik 65 kilometer gereden en voel me nog niet echt moe. Een paar kilometer voor Bollene zie ik de afslag naar Saint Paul Trois Chateaux. Een intrigerende naam, vooral ook omdat het bordje zwijgt over de drie kastelen, maar vooral wijst op de middeleeuwse kathedraal. Bij nadere bestudering van de kaart zie ik dat ik niet naar Bollene hoef. Ik had vanuit Bolene naar Vaison la Romaine willen fietsen, maar dat kan ook via Saint Paul. Wellicht nog wel beter, want het lijkt korter.

Aangekomen in Saint Paul blijkt het een alleraardigst plekje. Wederom een soort Valkenburg. Wellicht ook iets voor een druilerige dag in de Ardeche. Ik kan het aanraden. Van hieruit ben ik nog zo’n 30 kilometer verwijderd van Vaison aan de noordwest kant van de Mont Ventoux. Dat kan ik vandaag nog gemakkelijk halen. Maar ach het is ook een beetje vakantie en Joekie is jarig. Ik besluit het op afstand mee te vieren en hier te blijven. Ik check in bij één van beide hotels. De prijs is een gevoelige klap en slokt het dubbele van mijn dagbudget op. Daar staat tegenover dat ik gisteren voor €5,40 heb gekampeerd. Dus over 2 dagen bezien ben ik slechts die €5,40 boven het budget en het is maar één keer feest. Bovendien zou het andere hotel nog eens zo duur zijn geweest.

En zo zit ik in mijn luxehotelkamer te typen in mijn bijgeleverde ‘fluffy bathrobe’. Ik heb een uurtje door het stadje gelopen. Wat opvalt zijn de smalle kronkelende straatjes, een paar gezellige pleintjes met restaurants en terrassen. De kathedraal die er van buiten niet uitziet. Hij is stokoud (13e eeuw) en van binnen opmerkelijk licht en hoog. Er zijn wat opmerkelijke oude muurschilderingen en het wijwater is klaarblijkelijk op de bon. Op een terras eet ik voortreffelijk ‘Joue de Boeuf’ en drink een wijntje (rode uit de bourgogne) op Joekie.

Wie had het ook alweer over zelfreflectie. Zittend op het terras voor het hotel kreeg ik vandaag het inzicht dat je niet teveel op één dag moet willen. Morgen is er immers weer een dag. Dan ga ik rustig eerst naar Vaison la Romaine. Eerst nog een flink stuk over de grote weg (rood dus veelal vierbaans op de Michelinkaart). Da’s erg druk en misschien een tikje onverantwoord, maar het gaat wel rechtstreeks naar waar ik wil zijn. Na Vaison met een ruime boog van zo’n 50 kilometer over een speciaal aanbevolen toeritische route om dé berg heen naar Sault aan de zuidoost kant van de berg. Kan ik alvast aan hem wennen. Dat moet morgen te doen zijn. Dan heb ik dinsdag mijn rustdag om de Ventoux nog verder op me in te laten werken en ga ik woensdag naar boven.

  • 30 Mei 2011 - 09:00

    Wil Derksen:

    Ik hoorde van Mido dat jij op weg bent en dat jouw bericht te volgen is via deze site. Goed dat jij een uitvoerig reisverslag maakt met mooie foto's. Je ziet en beleeft veel en anderen kunnen daarvan meegenieten. Ik denk dat deze reis (inclusief reisverslag) voor jou een bijzondere herinnering zal zijn. Maar je moet nog even volhouden. Ik heb bewondering voor jouw wilskracht en doorzettingsvermogen. Ik wens jou veel geluk en plezier met de verdere reis.

  • 30 Mei 2011 - 09:16

    Doreen:

    Mont Ventoux

    Velen zijn je reeds de berg op voorgegaan
    Dichters en wielrenners in bonte stromen
    Hebben voor jou de Mont Ventoux gedaan
    En ook na jou zullen er nog velen komen
    Om te ervaren wat het is: per fiets, te voet
    Naar het haast onhaalbare te streven
    Niets of niemand zegt dat het echt moet
    En toch, of juist daarom, wil je het beleven
    Het dagelijks werk van een fenomeen
    Als Armstrong, Kal, Petrarca of Anquetil
    Stervelingen zoals jij en iedereen
    Gaan drie keer dood omhoog op hun twee wielen
    Maar bovenop vervallen de verschillen
    Talent is ook een vorm van heel graag willen!

    Gedichtje heb ik natuurlijk niet zelf verzonnen...het is ook een talent om goed te google-en...
    Ga het kreng maar bedwingen! Je kunt 't! Het is een kwestie van heeeeel graag willen. We denken aan je!

    Dikke kussen oet Aelse,
    Hennie, Doreen, Yente, Kyra & Rens


  • 30 Mei 2011 - 09:59

    Elisa:

    Vandaag een tropische dag hier! 28 graden! Terrasjes, rokjes en bier!

  • 30 Mei 2011 - 18:41

    Mike:

    Ik citeer:
    ...'Zittend op het terras voor het hotel kreeg ik vandaag het inzicht dat je niet teveel op één dag moet willen. Morgen is er immers weer een dag...'

    Ik vraag mij af:
    Wil, hoe lang ben jij nu al ambtenaar...?

    Hou vol Wil, je kunt het.
    En je gaat die Mont Vetoux opvreten.

    Groet,
    Mike


  • 30 Mei 2011 - 19:22

    Lion:

    Oh, en Joeki...Gefeliciteerd met je verjaardag!

  • 31 Mei 2011 - 07:07

    Geridderde Vrienden:

    Hey Wil,

    Die managementsamenvatting bevalt goed - het gaat immers om de prestatie - de harde, kille cijfers: tijden - kilometers. Sentimenten en alle verhalen er om heen spelen geen rol. Topsport is eenzaam, hard zijn voor jezelf, afzien, gaan voor die ene prestatie. Je eerste focus nu op de Mont Ventoux - het inlassen van een rustdag past in dit schema. Volledige concentratie - afgepast dieet (geen alcohol). Als Geridderde Vrienden van Oranje weten wij wat het is om topprestaties te leveren, het afzien, allerhande geneugten te ontberen en gaan voor dat ene doel.........Wat dat betreft zijn wij trots dat wij hier al jarenlang je voorbeeld in zijn. Go for it, Wil - respect!
    Pas goed op jezelf - hef het glas na iedere rit en succes in de volgende rit.

    De Geridderde Vrienden van Oranje
    Rob

  • 31 Mei 2011 - 08:27

    Ody:

    Leuk om je zo te volgen! Ik merk het al: soms helemaal geweldig, soms denk je "waar doe ik dit voor", precies zoals we er van tevoren samen over hebben gesproken. Mooi dat ik net inlog op de dag voor je grootste prestatie van je avontuur! Hou je heel haaks, geniet vandaag van het uitzicht óp "dat kreng" en morgen van het uitzicht vanáf datzelfde kreng. Wauw! Petje af!
    Heel veel plezier op de rest van je tocht. Voorlopig volg ik je niet meer, want ik ga ook op vakantie. Ben benieuwd waar je in juli rond rijdt!
    Groetjes
    Ody

  • 12 Juni 2011 - 08:01

    Monique Smits :

    Hallo Wil, misschien weet je niet wie ik ben: de moeder van Daan, Juultjes oude vriendje. Wat een boeiend verslag (maak je er nog een boek van?) en indrukwekkend om te lezen wat je presteert. Ik heb er veel bewondering voor, je zult jezelf wel regelmatig tegenkomen en het geeft vast een kick als je dat overwint en weer een stap verder bent. Heel veel succes verder en een goede reis toegewenst. Ik ga de rest van je verslag lezen...

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Wil

Actief sinds 06 April 2011
Verslag gelezen: 201
Totaal aantal bezoekers 36983

Voorgaande reizen:

02 Augustus 2021 - 31 Oktober 2021

Viagem em direcçāo a Lisboa

21 Juli 2015 - 25 Juli 2015

Naar de bronnen van de Maas...

09 Mei 2011 - 15 Juli 2011

Beuningen- Nazaré

Landen bezocht: